En de boer ploegde voort

Als ik dacht aan Oekraïne, dan dacht ik als eerste altijd aan het woord ‘graanschuur’. De graanschuur van Europa en andere continenten met zijn uitgestrekte velden. Dit woord is vervangen door ‘brandhaard’ en hoe groot die brandhaard is of gaat worden is voor iedereen een grote vraag. De situatie zorgelijk noemen is een understatement, dat is wel duidelijk.

Het is ongelofelijk dat zaken die halverwege februari nog bestempeld zouden worden als compleet onrealistische scenario’s, nu werkelijkheid blijken te zijn. De berichten die ik ontvang uit Oekraïne zijn strijdbaar en vervuld met trots op hun land.

De ontwikkeling van graanschuur naar brandhaard zal invloed hebben op de voedselvoorziening. Want kun je als boer je werk blijven doen als je moet vrezen voor je leven en het land in brand staat? Boeren plaatsen verhalen hoe ze doorgaan met de beginnende voorjaarswerkzaamheden en hoe ze de aardappelen naar Kiev en andere steden krijgen om de bevolking van voedsel te voorzien.

Landbouwmachines worden ingezet om tanks te verslepen en om wegblokkades op te bouwen. Dat boeren aan de basis staan van een sterke samenleving, staat daarmee ineens in een ander daglicht. Wellicht dat het besef van hoe zuinig we als maatschappij moeten zijn op onze agrarische sector ook wat toeneemt door deze omstandigheden. Een klant zei eens tegen mij: ’Boeren hebben de oorlog nodig om de vrede te overleven.’ Ik vond dat toen een beetje een vreemde opmerking…

Ook in Nederland zal dit de sector gaan raken, zowel positief als negatief. Handel richting Wit-Rusland, Oekraïne en Rusland komt stil te liggen. Prijzen van graan en andere producten schieten omhoog. Nieuwe landbouwmachines worden de komende tijd misschien niet meer richting het Oosten geleverd, wat bij ons tot verlichting van de lange levertijden zou kunnen leiden. Het zijn onzekere tijden want we zijn nog niet over Corona heen, de wereldwijde logistiek is in de war en nu komt dit er nog overheen.

En wat doet de boer in zulke tijden? Hij/zij ploegt voort. Het gras groeit weer, de akkers zijn weer ingezaaid, de aardappels gepoot en de koeien worden gemolken. De voedselvoorziening moet in stand blijven, anders kan je een oorlog nooit winnen. Het onverstoorbaar doorgaan van de boer, het bijdragen aan de basisbehoefte van de bevolking en het blijven verzorgen van het land waar je zo van houdt, maakt mij trots verbonden te zijn aan deze sector. Natuurlijk worstelen we in Nederland met uitdagingen met betrekking tot PFAS, CO2 en stikstof en kampen we met de lange levertijden, maar de boer ploegt voort en daar dragen wij aan bij.

Ondanks de situatie in de wereld blijven we in de branche positief en zijn de werkplaatsen goed gevuld. We zijn ons aan het voorbereiden op de eerste gecombineerde ATH en GTH-vakbeurs in september dit jaar. We kijken er reikhalzend naar uit weer naar buiten te mogen en onze klanten en leveranciers weer te kunnen ontmoeten.

Ik prijs mezelf gelukkig in vrede in Nederland te kunnen wonen met mijn gezin en sta stil bij alle mensen die dat geluk niet hebben. Wij blijven bijdragen aan het voeden van de wereld en ik wens alle boeren op de wereld diezelfde bijdrage toe. Laten we hopen op een vruchtbaar seizoen.

Menko Boersma
voorzitter Fedecom

voorzitter@fedecom