Wat verandert er in 2023 in wet- en regelgeving op het gebied van personeelszaken? Fedecom zet het voor u op een rijtje.

Uitgestelde wetten

Enkele wetten die per 1 januari 2023 in zouden gaan, zijn uitgesteld. Denk hierbij aan de nieuwe Pensioenwet, de Wet Werken waar je wilt en het besluit CO₂-reductie werkgebonden personenmobiliteit die voor grote werkgever (100 werknemers of meer) gaat gelden. In 2023 wordt een wetsvoorstel voor het werken met (en als) zelfstandige uitgewerkt. Doel is dat deze in 2025 in gaat.  Uiteraard informeren wij u over de voortgang. 

AOW-leeftijd 

De AOW-leeftijd stijgt naar 66 jaar en tien maanden. Op de website van de Rijksoverheid vindt u een overzicht van de ontwikkeling van de AOW-leeftijd tot en met 2026. 

Minimumloon vanaf 1 januari 2023

Het wettelijk minimumloon is het bedrag dat u uw medewerkers vanaf 21 jaar minimaal moet betalen. Voor jongere medewerkers van 15 tot en met 20 jaar geldt het minimumjeugdloon. Elk half jaar worden deze bedragen geïndexeerd, normaalgesproken met de gemiddelde contractloonontwikkeling. Dit gebeurt op vaste momenten, namelijk op 1 januari en 1 juli. 

Op 1 januari 2023 is het WML niet alleen aangepast door middel van de halfjaarlijkse indexatie, maar is er ook een bijzondere verhoging doorgevoerd van 8,05 procent. In totaal is het WML op 1 januari 2023 daardoor met 10,15 procent gestegen ten opzichte van het WML op 1 juli 2022. De verhoging werkt door in alle aan het minimumloon gekoppelde regelingen. Hierdoor zal ook de hoogte van een AOW-uitkering en de loongerelateerde uitkering bij ziekte of werkloosheid stijgen.

Wettelijk minimumloon vanaf 1 januari 2023

Medewerkers van 21 jaar en ouder hebben vanaf 1 januari 2023 in ieder geval recht op de volgende bedragen:

€ 1.934,40 per maand

€ 446,40 per week

€ 89,28 per dag

Deze bedragen gelden voor medewerkers van 21 jaar en ouder bij een volledige werkweek.

Stijging lage-inkomensvoordeel (LIV) 2022 en 2023

Het lage-inkomensvoordeel is een jaarlijkse tegemoetkoming voor werkgevers die medewerkers in dienst hebben met een laag loon (inkomen tussen 100% en 125% wettelijk minimumloon). Vanwege de bijzondere verhoging van het wettelijk minimumloon (WML) op 1 januari 2023 wordt het LIV ook verhoogd over 2022 en 2023. De vergoeding per verloond uur wordt over 2022 verhoogd van € 0,49 naar € 0,78. En de maximale vergoeding is in 2022 € 1.520 per medewerker in plaats van € 960. Over 2023 (wordt uitbetaald in 2024) wordt het LIV verhoogd van € 0,49 naar € 0,63 per verloond uur. De maximale vergoeding is voor 2023 vastgesteld op € 1.242. 

U hoeft het LIV niet aan te vragen. Het UWV berekent op basis van de loonaangifte voor welke medewerkers het LIV geldt. Meer informatie over het LIV vindt u op de website van het UWV.

Maximale transitievergoeding 2023 

De maximale transitievergoeding gaat omhoog naar € 89.000. Of, als het jaarsalaris hoger is dan € 89.000, is het maximaal 1 bruto jaarsalaris.

WKR 

De vrije ruimte in de werkkostenregeling (WKR) is verruimd in 2023. De vrije ruimte over de eerste € 400.000 van de fiscale loonsom stijgt dit jaar van 1,7% naar 3%.  Voor het deel van de loonsom boven de € 400.000 blijft de vrije ruimte 1,18%

Onbelaste reiskostenvergoeding

De maximale onbelaste reiskostenvergoeding stijgt van € 0,19 naar € 0,21 per kilometer. Dat betekent dat er een hogere onbelaste vergoeding gegeven mag worden. Het hoeft niet. Tenzij is afgesproken dat u de wettelijke regeling volgt. Kijk dus goed naar hoe u dit heeft afgesproken als u een reiskostenvergoeding geeft. 

Hogere thuiswerkvergoeding

De gerichte vrijstelling voor de onbelaste thuiswerkvergoeding wordt per 2023 verhoogd naar € 2,15 per dag Dat was in 2022 € 2,00. Ook hiervoor geldt dat u dit niet hoeft te geven, het mag. Het moet sowieso als u heeft afgesproken de wet te volgen. 

Tegemoetkoming slachtoffers beroepsziekten

De regeling Tegemoetkoming slachtoffers beroepsziekten (TSB) treedt in werking. Deze regeling biedt (ex-)werkenden, die schade hebben opgelopen door gevaarlijke stoffen, een tegemoetkoming die losstaat van een eventuele aansprakelijkheid van u als werkgever. Op dit moment gaat het alleen om mensen met longkanker door asbest, allergische beroepsastma en schildersziekte. In de toekomst worden hier meerdere beroepsziektes aan toegevoegd.